Het klimaat verandert door veel verschillende oorzaken, zoals: de activiteit van de zon; de toename van broeikasgassen in de lucht; vulkaanuitbarstingen; meteorietinslagen.
Sinds de industriële revolutie is de invloed van de mens op het klimaat snel groter geworden.
Dit komt vooral door de uitstoot van broeikasgassen als CO2 en methaan.
De toename van CO2 komt vooral door de verbranding van aardolie, aardgas en steenkool.
De toename van methaan komt door landbouw (bijvoorbeeld koeien en rijstvelden), moerasgas in waterrijke gebieden en door weglekken van aardgas.
De Nederlandse klimaatrisico’s volgens het KNMI zijn een stijgende zeespiegel, meer droge lentes en zomers en meer extreme zomerse buien.
Er komen meer stortregens, zwaardere stormen of juist lange drogere en hete perioden.
Nederland is extra kwetsbaar voor overstromingen omdat ons land voor een groot deel onder de zeespiegel ligt.
Leefgebieden van dieren en planten veranderen, bijvoorbeeld door hogere temperaturen.
Daardoor sterven steeds meer dieren en plantensoorten uit of vertrekken zij uit hun leefgebied.
Ook kan hun leefgebied door klimaatverandering juist groter worden.