De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Dit systeem komt ook voor in Tsjechië, Slowakije en Bulgarije waar in de schrijftaal de Romeinse cijfers I en II worden gebruikt om aan te geven of een weg van de eerste of tweede klasse is.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A' in A2 en de 'E' in E40.
Autosnelwegen krijgen een 'A'.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg, de N voor nationale weg of niet-autosnelweg en de E voor Europese weg.
De A-wegen zijn de belangrijkste, en de D-wegen zijn het minst belangrijk.
De A staat dan bijvoorbeeld voor autosnelweg.
In Nederland door een prefix onderscheid gemaakt tussen verschillende wegtypen: autosnelwegen krijgen een 'A' en niet-autosnelwegen een 'N'.
Een prefix kan voor verschillende doeleinden worden gebruikt.
Voorbeelden zijn 'A