Na 1813 komt er groei in de nijverheid: klokmakerijen, pottenbakkerijen, goud- en zilversmeden, brouwerijen, een zeepziederij en een cichoreifabriek.
In 1848 telt Joure 2541 inwoners.
Rond 1850 zijn er beurt- en vaardiensten op Amsterdam, Franeker, Harlingen, Leeuwarden, Lemmer, Woudsend, Sloten, Workum, Gorredijk en Heerenveen.
In 1857 begint Eeltsje Holtrop van der Zee als scheepsbouwer op de oude Jouster werf aan de Zijlroede.
In 1866 wordt de gasfabriek gebouwd, eerst een particuliere onderneming, vanaf 1903 door de gemeente geëxploiteerd.
In 1881 is er een grote brand in Joure in de Midstraat, waarbij een boerderij en 12 huizen en gebouwen verwoest worden.
In 1882 komt er een tramverbinding van Heerenveen naar Joure.
In 1890 telt Joure 3421 inwoners.
Eind 19e eeuw zakt de nijverheid wat in en komt er meer kleinindustrie, onder andere de meubelmakers winnen terrein.
In 1900 tot 1950 komt er verandering in de infrastructuur, zoals de aanleg van zandwegen, grindwegen en de demping van vaarten.
In 1940 telt Joure 3578 inwoners.
In 1945-1955 vindt de eerste grote uitbreiding van Joure plaats met de bouw van ongeveer 350 huizen ten zuiden van de Midstraat.
In 1950 telt Joure 3936 inwoners.
In 1954 wordt het aardgas aangelegd in Joure en wordt de gasfabriek afgebroken.
In 1960 telt Joure 5623 inwoners.
In 1970 telt Joure 7399 inwoners.
In 1980 telt Joure 10518 inwoners.
In 1990 telt Joure 11649 inwoners.
In 2001 telt Joure 13033 inwoners en 5236 woningen.
In 2016 zijn er drie klokkenmakers actief in Joure.