Is tijdelijke verhuur nog toegestaan?

Tot 1 juli 2024 blijft het nog mogelijk om tijdelijke huurcontracten te sluiten die van rechtswege eindigen. Het wordt nu wel mogelijk om tijdelijk te verhuren aan personen die: gaan scheiden, aantoonbaar niet meer samenwonen met hun partner en tijdelijk een woning huren om dicht bij de kind(eren) te wonen voor werk (tijdelijk) op een Waddeneiland gaan wonen direct uit een COA-opvanglocatie komen en wachten op definitieve huisvesting (statushouders) De mogelijkheid om tijdelijke huurovereenkomsten te sluiten met: studenten die tijdelijk voor studie in een andere plaats huren dan waar zij wonen huurders die vanwege werkzaamheden of renovatie van hun woning tijdelijk een wisselwoning krijgen personen die uit een maatschappelijke opvang komen of in een sociale noodsituatie verkeren huurders die een 2e kanscontract krijgen na bijvoorbeeld ernstige overlast jongeren tussen de 16 en 27 jaar die de huurovereenkomst overnemen van hun overleden ouder/verzorger (weeskinderen). Een woning verhuren die tijdelijk leeg staat in verband met een voorgenomen renovatie of sloop. Als de woningcorporatie toestemming heeft van de gemeente mag zij de leegstaande woning tijdelijk huren volgens de Leegstandwet.

Tot 1 juli is het nog mogelijk om een tijdelijk huurcontract af te sluiten. Vanaf 1 juli 2024 mogen alleen vaste huurcontracten worden afgesloten. Er zijn enkele uitzonderingen op de Wet vaste huurcontracten. Een aantal specifieke groepen huurders, zoals studenten of urgent woningzoekenden, kunnen toch een huurcontract voor bepaalde tijd krijgen. Zij mogen vanaf 1 juli 2024 een huurcontract voor maximaal 2 jaar krijgen. Meer informatie over wanneer verhuurders een tijdelijk huurcontract mogen aanbieden.

Tijdelijk huurcontract alleen bij uitzonderingen. U kunt alleen een tijdelijk huurcontract krijgen als u: student bent en tijdelijk voor uw studie in een andere gemeente huurt dan waar u woont; door werkzaamheden of renovatie van uw woning tijdelijk ergens anders woont; kunt aantonen dat u uit een maatschappelijke opvang komt of in een sociale noodsituatie zit; een 2e kans krijgt nadat een eerder huurcontract is beëindigd, bijvoorbeeld door overlast; tussen de 16 en 27 jaar bent en de huurovereenkomst overneemt van uw overleden ouder/verzorger die de woning huurde; gaat scheiden, aantoonbaar niet meer samenwoont met uw partner en tijdelijk een woning huurt om dicht bij uw kind(eren) te wonen; tijdelijk werkt op 1 van de Waddeneilanden, maar normaal in een gemeente op het vasteland woont; statushouder bent die direct uit een COA-opvanglocatie komt en wacht op definitieve huisvesting. Dit geldt zowel voor woningcorporaties als voor particuliere verhuurders. Tijdelijk huurcontracten hebben altijd een einddatum. Ze duren maximaal 2 jaar. Het huurcontract eindigt op de afgesproken einddatum en hoeft niet opgezegd te worden. Als huurder mag u wel tussentijds opzeggen. De verhuurder moet u binnen 1 tot 3 maanden voor de einddatum van uw huurcontract per brief laten weten dat het contract afloopt. Wordt het huurcontract verlengd, dan is het een vast huurcontract. Het contract wordt dan voor onbepaalde tijd. Vóór 1 juli 2024 mochten verhuurders wel tijdelijke huurcontracten aanbieden. Voor een zelfstandige woning gold een maximale huurperiode van 2 jaar. Voor een onzelfstandige woonruimte was dit maximaal 5 jaar. Een tijdelijk huurcontract afgesloten vóór 1 juli 2024 verandert niet. Heeft u op dit moment een tijdelijk huurcontract en wordt dat verlengd? Dan krijgt u een vast huurcontract, dus voor onbepaalde tijd.

De Tweede Kamer heeft minister Hugo de Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening gevraagd om een uitzondering te maken voor doelgroepen waarvoor tijdelijke huurcontracten wel nodig blijven. Dat betekent dat tijdelijke verhuur, voor de duur van twee jaar of korter, in sommige situaties mogelijk blijft. Groepen voor wie de uitzondering gaat gelden zijn onder andere: Studenten, Huurders die in verband met dringende werkzaamheden of renovatie van hun woning tijdelijk elders wonen, Urgent woningzoekenden en Huurders met wie de verhuurder een tweedekanscontract aangaat: huurder waarvan een eerder huurcontract is beëindigd, bijvoorbeeld omdat deze ernstige overlast veroorzaakte. Wezen en nabestaanden, Gescheiden ouders, Huurders die werken op de Waddeneilanden en Vergunninghouders (statushouders) die direct uit een COA-opvanglocatie komen en in afwachting zijn van definitieve huisvesting. De AMvB is ter voorhang aangeboden aan de Tweede en Eerste Kamer. Het doel is dat de Wet vaste huurcontracten en de bijbehorende AMvB op 1 juli 2024 in werking gaan.

Er zijn specifieke uitzonderingen waarbij een tijdelijk huurcontract nog steeds mogelijk is. Hoewel de nieuwe wetgeving huurcontracten voor onbepaalde tijd de norm maakt, zijn er enkele uitzonderingen waarbij een tijdelijk huurcontract nog steeds mogelijk is. Tijdelijke huurcontracten kunnen maximaal twee jaar duren en zijn toegestaan in de volgende gevallen: Studenten: Huurders die tijdelijk elders wonen vanwege hun studie. Tijdelijke verhuizing door renovatie: Huurders die tijdelijk moeten verhuizen vanwege werkzaamheden aan hun eigen woning. Maatschappelijke opvang en sociale noodsituaties: Huurders die uit een opvang komen of in een sociale noodsituatie verkeren. Tweede of laatste kans: Huurders die een tweede kans krijgen nadat een eerder huurcontract is beëindigd, bijvoorbeeld door overlast. Jongeren van 16-27 jaar: Huurders die de huurovereenkomst overnemen van een overleden ouder/verzorger. Scheiding: Huurders die door een scheiding tijdelijk een woning nodig hebben om dicht bij hun kinderen te blijven. Werk op de Waddeneilanden: Huurders die tijdelijk op een van de Waddeneilanden werken maar normaal op het vasteland wonen. Statushouders: Huurders die direct uit een COA-opvanglocatie komen en wachten op definitieve huisvesting. Bijzondere situaties: tijdelijk opzegbare huurcontracten Naast de bovengenoemde uitzonderingen, zijn er nog enkele situaties waarin een huurcontract voor onbepaalde tijd onder voorwaarden kan worden opgezegd: Leegstandwet: Als een woning tijdelijk leeg staat, bijvoorbeeld omdat deze te koop staat en de eigenaar al is verhuisd, kan de woning tijdelijk worden verhuurd met toestemming van de gemeente. Tussenhuur (Diplomatenclausule): Als de verhuurder tijdelijk afwezig is, bijvoorbeeld vanwege een lange reis of werk in het buitenland, kan de woning tijdelijk worden verhuurd. De huurperiode wordt van tevoren afgesproken. Doelgroepencontract: Huurders zoals studenten die een studentenkamer huren. Het contract eindigt wanneer de huurder stopt met studeren. Hospitaverhuur: Huurders die in dezelfde woning als de verhuurder wonen en gemeenschappelijke voorzieningen delen. Kortdurende verhuur: Bijvoorbeeld het huren van een vakantiewoning voor een korte periode. Hoewel de nieuwe wetgeving sinds 1 juli 2024 de norm stelt dat huurcontracten voor onbepaalde tijd moeten zijn, zijn er dus voldoende uitzonderingen en bijzondere situaties waarin tijdelijke huurcontracten nog steeds mogelijk zijn.

Tijdelijke huurcontracten die vóór deze datum zijn afgesloten, lopen door tot de einddatum. De huurder moet dan in beginsel verhuizen. Wordt het huurcontract verlengd? Dan wordt het een huurcontract voor onbepaalde tijd. Alle verhuurders mogen bovenstaande huurcontracten bij uitzondering aanbieden. Overige bestaande huurcontracten van tijdelijke aard blijven ongewijzigd. Hierbij gaat het om een huurcontract via de Leegstandswet, tussenhuur en de diplomatenclausule, doelgroepcontracten, hospitaverhuur en een huurcontract ‘dat een gebruik betreft dat naar zijn aard van korte duur is’.

Tijdelijke verhuur die eindigt na een periode van twee jaar of minder blijft wel mogelijk bij enkele specifieke doelgroepen. Volgens een voorgestelde regeling worden dit: studenten uit een andere gemeente of uit het buitenland; huurders die vanwege dringende werkzaamheden of renovatie van hun woning tijdelijk elders moeten wonen (wisselwoning); woningzoekenden met een urgentieverklaring; huurders die huren op basis van een tweede-kans-huurovereenkomst; wezen en nabestaanden die niet blijvend de huurovereenkomst van de overleden huurder kunnen overnemen; gescheiden ouders; huurders die tijdelijk werken op de Waddeneilanden en daar een woning huren; vergunninghouders (statushouders) die direct uit een COA-opvanglocatie komen en wachten op definitieve huisvesting. Ook het tijdelijk verhuren van leegstaande woningen (anti-kraak) of woningen die in de verkoop staan blijft mogelijk. Vanaf 1 juli 2024 mag de rechter ook de huur beëindigen als het gaat om een particuliere verhuurder die de eigen woning heeft verhuurd en deze wil verkopen. Het gaat dan met name om de situatie van mensen die voor het eerst samen gaan wonen en hun oude woning nog achter de hand willen houden. Voorwaarde is wel dat deze beëindigingsgrond in de huurovereenkomst is opgenomen en dat de verhuur niet meer dan twee jaar heeft geduurd (samenwonersclausule).

Toch kunnen huurders in sommige situaties nog steeds een tijdelijk huurcontract krijgen. Tijdelijke huurcontracten zijn mogelijk voor deze woningen: Een leegstaande woning, Een woning waar de eigenaar tijdelijk niet woont, Een wisselwoning of recreatiewoning, Een zelfstandige woning voor jongeren tot 28 jaar, Een woning voor een groot gezin. Sommige groepen worden ook voor andere woningen nog steeds geconfronteerd met een tijdelijk huurcontract van maximaal twee jaar. Studenten die tijdelijk voor hun studie in een andere plaats wonen dan waar zij eerder woonden; Weeskinderen tussen de 16 en 27 jaar die het huurcontract van hun overleden ouders overnemen; Huurders die wegens renovatie of sloop tijdelijk een andere woning krijgen; Dakloze mensen die uit de maatschappelijk opvang komen, of andere mensen die in een sociale noodsituatie verkeren; Gescheiden mensen die tijdelijk dicht bij hun kinderen willen wonen; Statushouders die na het asielzoekerscentrum in afwachting zijn van definitieve huisvesting; Huurders die een tweede kans krijgen, nadat ze in een hun vorige woning voor ernstige overlast zorgden; En tot slot van deze lange lijst werknemers die tijdelijk op één van de Waddeneilanden werken.